Nieuws
Nieuws
Met ingang van 1 januari 2021 zijn er wijzigingen van de Wet toezicht en geschillenbeslechting collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten (verder: Wet toezicht) in werking getreden. De voornaamste wijzigingen betreffen de verplichting tot het bijdragen in de kosten van het toezicht door de sector (zoals dat in andere sectoren al gebruikelijk is), de bevoegdheid om een organisatie de verplichting op te leggen een onderzoek te laten uitvoeren naar de uitoefening van haar taken of om een verbeterplan in te dienen en uit te voeren en de bevoegdheid om een toezeggingsbesluit te nemen. Dat laatste houdt in dat het College van toezicht op aanvraag een toezegging bindend kan verklaren onder meer als hij aannemelijk acht dat het naleven van de toezegging leidt tot het beëindigen of voorkomen van een overtreding. Zolang conform de toezegging wordt gehandeld vervalt de bevoegdheid tot het opleggen van een dwangsom of een boete. Als niet overeenkomstig de gedane toezegging wordt gehandeld riskeert de organisatie wel een boete. Belangrijke wijziging is verder nog dat niet langer is vereist dat eerst een advies moet worden gegeven voordat een aanwijzing kan worden uitgebracht en vervolgens mogelijk een bestuurlijke boete kan worden opgelegd (artikel 6, derde lid van de wet toezicht 2016 is geschrapt).
De bestuurderstoets, op grond waarvan het College van Toezicht de betrouwbaarheid en geschiktheid van dagelijks leidinggevenden en degenen die belast zijn met het toezicht kan toetsten, treedt op een nader te bepalen datum in werking.
De volledige tekst van de wet, zoals geldend vanaf 1 januari 2021, vindt u via deze link. De wijzigingen, zoals gepubliceerd in het staatsblad van 29 december 2020, kunt u hier raadplegen en de Koninklijk Besluiten inzake de inwerkingtreding vindt u hier en hier.
Deel dit bericht via email